Mijn betere helft leest alles wat ik op mijn blog zet als eerste. En altijd zegt hij ‚mooi‘. Dat is voor mij goed genoeg om op ‚publiceren‘ te klikken.
Kort geleden zei hij nog iets anders, ‚je bent een vrouw met cojones‘. Cojones is een mooi woord, het is Spaans en betekent ‚ballen‘. Wie mijn blog een beetje volgt zal geen moeite hebben om het stukje terug te vinden dat aan de beste eega van allen dit zeldzame compliment kon ontlokken.
Ik kreeg er een tik op mijn vingers voor, oké een tikje maar, maar niettemin een tik. Het verbaasde me niet werkelijk en eigenlijk toch wel. Wat me evenzeer verbaast is het aantal stiekeme meelezers die liever anoniem blijven, die wellicht zelf ook niet zo veel vinden en hebben aan social media, behalve dan veel argwaan, die in ieder geval zo schijnt veel tijd vrij kunnen maken om bij anderen regelmatig steekproeven uit te voeren en er melding van te maken. Het geeft me trouwens een goed gevoel dat mijn schrijfselen op mijn persoonlijke blog belangrijk genoeg worden geacht om er af en toe eens beter naar te kijken. Te veel eer.
Het makkelijkste zou nu wezen om er het zwijgen toe de doen, om het er alleen nog over ontzettend leuke of ontroerende dingen te hebben of er maar een fotoblogje van te maken. Niets tegen mooie foto’s, ik houd ervan en deel ze regelmatig. En ik kan niet ontkennen dat ik er even over na heb gedacht. Helaas of gelukkig ben ik ondertussen te oud voor opvoedingsmaatregelen en niet meer zo gevoelig voor tikjes. Nee, ik ga niet in een hoekje staan, ik ga me niet excuseren, en ik ga ook niet 100 keer in mijn schrift zetten ‚ik zal me niet meer bemoeien met…‘ Sorry. Ik zal ook in toekomst blijven denken en zeggen wat ik vind… open en eerlijk en niet anoniem.
Dus dat is het goede nieuws voor mijn ’schaduwlezers‘. Het slechte nieuws is, de aandacht en belangstelling voor dit soort boodschappers is maar van korte duur. Zij oogsten nooit respect of waardering en worden zelfs door hen die de informaties mondjesmaat geserveerd krijgen, zielig en walgelijk gevonden. Arme zielen. Wat een lot. En geen ruggengraat ook.
Wat is het dan toch heerlijk om van je partner te horen ‚je bent een vrouw met cojones‘ en ’s ochtends in de spiegel te kunnen kijken en jezelf nog te herkennen, zonder schaamte en oprecht. En daar gaat het om.
Zoals altijd ga ik nu mijn beschouwingen, die zoals altijd heel algemeen zijn, voorleggen aan mijn criticus en recensent. kijken wat ‚ie zegt.
P.S. Goedgekeurd!!
Als ik het goed begrijp was men ook in jouw geval niet zo moedig om eerst bij jou zelf aan te kloppen, maar in plaats daarvan het direct aan te kaarten bij anderen. Een hele nare benadering van communicatie is dat. Krijg er flashbacks van die schuim op de lippen oproepen :-/
Toch is dat een van de vele redenen waarom ik me over het algemeen tot fictie beperk. Ik ben dan ook geen man met ballen, daarvan raakte ik er een kwijt tijdens een operatie 😉 Mijn ruggengraat is overigens onaangetast 😉
Geen mening hebben of geen mening geven is zo 1956. Af en toe iemand of iets voor een zeer been stoten kan geen enkel kwaad. Gewoon blijven zeggen wat je denkt. Meesloffende mensen zijn er al genoeg
@Edwin: Yep. Je begrijpt het.
@Theo: Ik kan een heleboel goede redenen verzinnen die je voor een beperking tot fictie kunnen laten kiezen. Voor mij is dit momenteel geen optie.
@Ton: Dank je. Een hart onder de riem is altijd welkom:-)
Met veel belangstelling deze blog nog es gelezen ‚een vrouw met cojones’… ik kan je wederhelft helemaal volgen. Gewoon schrijven waarover je wil schrijven. Met de bijna 7 miljard mensen waarmee we hier op aarde zijn zal er trouwens altijd wel eentje zijn tegen wiens zere been je schopt… kan bijna niet anders :-))
Altijd lastig. lezers – schaduwlezers die niet rechtstreeks feedback geven maar via via. En dan niet 123 zelf er last van hebben maar dat anderen …uit je directe omgeving.. er last van hebben.
bekend fenomeen helaas. leuk dat je er zo over schrijft
Henk
Zeer herkenbaar. Ik heb mezelf helaas al eens een keer gecensureerd, maar ik ben niet van plan om er een gewoonte van te maken. Ik ben ook cojones aan het kweken ;-).